Wanneer iemand overspannen is, dan zit diegene nog niet in een burn-out. Het is als het ware het voorstadium van een burn-out. Als je overspannen bent, betekent dit eigenlijk dat je te lang blootstaat aan een bepaalde hoeveelheid stress.
Veel voorkomende symptomen die horen bij overspannen zijn:
• Gevoel van controleverlies;
• De meest alledaagse bezigheden en handelingen waarbij je eerst niet eens nadacht, kosten plotseling grote moeite of lukken helemaal niet meer;
• Spanningsklachten.
Wanneer je toegeeft aan de klachten van het overspannen zijn en hiernaar handelt door veel rust te nemen is de schade nog wel omkeerbaar. Doe je dit niet, dan bestaat de kans dat je in een burn-out terecht komt.
We spreken van een burn-out, oftewel stressgerelateerde klachten als:
• Volledige uitputting (fysiek en mentaal);
• Gevoeligheid voor negatieve emoties;
• Prikkelbaarheid en neerslachtigheid
• Slechte concentratie, een verminderd geheugen en verminderde werkprestaties;
• Angst- en paniekklachten.
Iemand kan in een depressie belanden na het krijgen van een burn-out. Ook kunnen andere oorzaken zoals erfelijkheid, karaktereigenschappen en impactvolle sociale en emotionele gebeurtenissen je gevoelig maken voor een depressie. Bij een depressie overheerst het gevoel van somberheid alle andere emoties. Andere symptomen die regelmatig voorkomen bij mensen met een depressie kunnen zijn:
• Piekeren en dezelfde negatieve gedachten die telkens terugkeren;
• Slapeloosheid of juist veel meer slapen dan normaal;
• Concentratieproblemen en moeite met beslissingen maken.
De grote overlap tussen een burn-out en een depressie is in de wetenschap herhaaldelijk bevestigd, maar de term burn-out blijft bestaan. Toch lijkt het erop dat een burn-out ‘gewoon’ een vorm van depressie is, in plaats van een aan werk gerelateerd en opzichzelfstaand syndroom. Werk kan wel een trigger zijn.
Dit kun je behandelen door veel rust te nemen, maar daarnaast ook regelmatig te bewegen. Dit klinkt tegenstrijdig, maar onderzoek toont aan dat lichamelijke beweging zeer effectief kan zijn bij het behandelen van depressies. Hoe intensiever hoe beter!
Mocht je ervaren dat iemand in je omgeving kampt met een depressie, burn-out of overspannen is, dan kun je laten merken dat je er bent voor deze persoon en het probleem bespreekbaar maken. Ook helpen structuur in de dag te houden en samen leuke dingen ondernemen kan helpen.
Overspannen in een burn-out terechtgekomen en vanuit daar in een depressie belanden. Dat is geen fijn verloop van zaken. Wel zijn het alle drie diagnoses die je veel hoort in de hedendaagse maatschappij, en misschien zelfs directe omgeving. Soms los, maar vaak ook in navolging op, of in combinatie met elkaar. In dit artikel gaan we dieper in op alle drie de aandoeningen, onderzoeken we de onderlinge relatie, en bespreken we wat het betekent als iemand in je omgeving overspannen raakt of wordt getroffen door een burn-out/depressie.
De letterlijke vertaling van burn-out is opgebrand. Mensen die last hebben van een burn-out voelen zich soms ook echt zo. Een burn-out is bijna altijd het gevolg van langdurig te veel werkstress. We spreken van een burn-out als iemand last heeft van:
• Volledige uitputting (fysiek en mentaal);
• Gevoeligheid voor negatieve emoties;
• Prikkelbaarheid en neerslachtigheid;
• Slechte concentratie, een verminderd geheugen en verminderde werkprestaties;
• Angst- en paniekklachten.
Voor iemand met een burn-out kan ’s morgens opstaan en aan de nieuwe dag beginnen, voelen als een onhaalbare opgave. Complete lusteloosheid neemt de overhand.
Naast geestelijk brengt een burn-out ook op lichamelijk gebied vervelende klachten met zich mee. Veel gehoord zijn:
• Hoofdpijn;
• Hartkloppingen;
• Benauwdheid;
• Hyperventilatie;
• Slapeloosheid;
• Buikpijn;
• Een lage weerstand [1]1.
De termen burn-out en overspannen worden nog wel eens door elkaar gehaald. Hoewel het op elkaar lijkt is dit absoluut niet hetzelfde. Wanneer iemand overspannen is, dan zit diegene nog niet in een burn-out. Je zou overspannen zijn dus kunnen zien als het voorstadium van een burn-out. Hoe raak je nou overspannen? Dit heeft te maken met stress.
Stress is niet per se schadelijk, zolang het je belastbaarheid maar niet overschrijdt. Het woord overspannen doet al vermoeden dat dit wel gebeurd is. Een kleine nuance mag hier worden aangebracht: overspannen is namelijk iets anders dan onder de belasting bezwijken.
Denk aan een ballon. Als je die vol blaast met lucht zet hij steeds verder uit. Als je vervolgens loslaat verlaat de lucht de ballon en komt hij terug in z’n originele vorm. Als je niet loslaat en maar blijft blazen en blazen wordt de ballon steeds groter maar zal uiteindelijk uit elkaar spatten. Dan wordt het heel lastig om hem terug te krijgen in de oude vorm.
Je zou ‘overspannen zijn’ dus kunnen zien als een voorstadium van de burn-out. Als je denkt dat je met klachten rondloopt die erop duiden dat je misschien overspannen bent, maar je handelt hier niet naar: denk dan nog eens goed aan de ballon.
Veel voorkomende symptomen die bij overspannen horen zijn:
• Gevoel van controleverlies;
• De meest alledaagse bezigheden en handelingen waarbij je eerst niet eens nadacht, kosten plotseling grote moeite of lukken helemaal niet meer;
• Spanningsklachten.
Als je overspannen bent, betekent dit eigenlijk dat je te lang blootstaat aan een bepaalde hoeveelheid stress. Dit kan bijvoorbeeld afkomstig zijn van werkdruk of een probleem in de relationele sfeer die je niet langer aankunt. Op dit punt is de schade nog wel omkeerbaar als je toegeeft aan je klachten en hiernaar handelt door veel rust te nemen [1] .
Net zoals dat de termen ‘burn-out’ en ‘overspannen’ wel eens door elkaar worden gehaald, gebeurt dit ook met de term ‘depressie’. Hoewel de psychologische klachten van een burn-out en depressie op elkaar lijken, zijn het toch echt verschillende aandoeningen. Ze kunnen echter wel hand in hand gaan, en iemand kan in een depressie belanden na het krijgen van een burn-out.
Depressiviteit is een erkende ziekte die behoort tot de stemmingsstoornissen. Kenmerkend is een overheersend gevoel van lusteloos- en somberheid, zonder dat hiervoor een duidelijke oorzaak is aan te wijzen. Het gevoel van somberheid overheerst alle andere emoties. Leuke dingen lijken minder goed binnen te komen. Een depressie kan enkele weken tot maanden duren. Als de depressie langer aanhoudt, tot wel meerdere jaren, spreken we van een chronische depressie.
Andere symptomen die regelmatig voorkomen bij mensen met een depressie kunnen zijn:
• Piekeren en dezelfde negatieve gedachten die telkens terugkeren;
• Slapeloosheid of juist veel meer slapen dan normaal;
• Concentratieproblemen en moeite met beslissingen maken.
In tegenstelling tot een burn-out, die vaak wordt toegeschreven aan langdurig te veel stress op het werk, of door iemand aan zichzelf opgelegde druk op een ander terrein, kan voor een depressie vaak geen duidelijke oorzaak worden aangewezen. Erfelijkheid speelt een rol; in sommige families komen depressies vaker voor dan in anderen. Maar ook bepaalde karaktereigenschappen die je gevoeliger maken voor stress, zoals extreem perfectionistisch zijn of angst hebben om te falen, kunnen je gevoeliger maken voor een depressie. Daarnaast kunnen impactvolle sociale/emotionele gebeurtenissen zoals overlijden van een naaste of traumatische gebeurtenissen in je jeugd leiden tot een depressie. Dit gebeurt niet direct na de gebeurtenis, maar wordt veroorzaakt door de stress die de gebeurtenis voor lange tijd met zich meebrengt.
Depressies komen voor in verschillende vormen. We maken onderscheid in lichte, zware of chronische depressies, maar ook in verschillende soorten depressie [1] [2] [3]:
• Postnatale depressie: onder invloed van hormonen kan na de bevalling een depressie ontstaan;
• Seizoensgebonden depressie: sommige mensen hebben last van depressie in een specifiek seizoen, zoals een winterdepressie;
• Bipolaire stoornis: ook bekend onder de noemer ‘manisch depressief’. Deze vorm wordt gekenmerkt door extreme stemmingswisselingen waarin somberheid en vrolijke tijden elkaar afwisselen. Je maakt diepe dalen en hoge pieken door. De sombere dagen zijn extreem donker, maar in de vrolijke perioden overheerst een tomeloos enthousiasme;
• Dysthymie: een lichtere vorm van depressie waarbij je weinig plezier hebt en voldoening haalt uit het leven. Vaak zijn er perioden waarin iemand klachtenvrij is, maar meestal treedt een fase van somberheid daarna weer op.
De klachten van overspannen zijn, een burn-out en depressie kennen veel overeenkomsten. In het geval van overspannenheid zijn de klachten nog minder intens en met behulp van voldoende rust kunnen ze overgaan. Gebeurt dit echter niet? Dan worden de klachten erger en kan overspannenheid uitmonden in een burn-out.
Het is eerder genoemd, maar het is je inmiddels misschien zelf ook opgevallen. De klachten van een burn-out en depressie komen sterk met elkaar overeen. Waar in relatie tot overspannen zijn nog een duidelijk verschil zit in de intensiteit van de klachten en de moeite waarmee ze verholpen kunnen worden, lijkt het tussen depressie en burn-out lastig onderscheid maken. Toch gebeurt dit, en wel door de term burn-out specifiek te hanteren voor deze klachten in relatie tot werk of andere gebieden waarbinnen iemand niet wil falen en/of zichzelf langdurig veel te hoge druk oplegt [3].
Of het terecht is dat er zo’n onderscheid gemaakt wordt tussen een depressie en een burn-out is nog maar de vraag. Een heel belangrijk kenmerk van een depressie is de lusteloosheid, het gevoel dat werkelijk alles te veel is. Iemand voelt zich compleet uitgeput. Dit symptoom doet zich bij een burn-out net zo duidelijk voor.
Uit onderzoeken is naar voren gekomen dat precies dezelfde klachten op basis waarvan mensen de diagnose burn-out kregen, ook gevonden worden bij mensen die helemaal geen werkend bestaan leiden. De grote overlap tussen een burn-out en een depressie is in de wetenschap herhaaldelijk bevestigd, maar de term burn-out blijft bestaan. Met als resultaat dat het een op zichzelf staand syndroom is geworden, met een eigen aanpak [1].
Daarmee is absoluut niet gezegd dat een burn-out niet bestaat of niet ernstig is. Want én het bestaat, én het is ernstig. Het lijkt er alleen op dat een burn-out ‘gewoon’ een vorm van depressie is in plaats van een aan werk gerelateerd en opzichzelfstaand syndroom. Wel kan werk een trigger zijn die deze depressievorm zich laat openbaren. Net zoals de hormonen een trigger zijn bij de postnatale depressie, en het moment waarop de blaadjes van de bomen vallen een trigger kunnen vormen voor seizoensgebonden depressie [4] [5] [6] [7].
Een centraal element binnen de behandeling van alle drie deze verschijnselen is rust. Rust en genezing zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden, of dit nu lichamelijk of geestelijk is.
In het geval van overspannenheid is voldoende rust nemen belangrijk, mogelijk in combinatie met aanvullende hulp in de vorm van bijvoorbeeld een coach, je huisarts of de POH-GGZ. Daarnaast is het belangrijk dat de oorzaak van de spanning die tot deze conditie geleid heeft duidelijk is, alleen dan kan bekeken worden hoe herhaling in de toekomst voorkomen kan worden.
Wanneer iemand dit stadium voorbij is en kampt met een depressie, is meer intensieve en langdurige behandeling nodig, wel nog steeds afhankelijk van de intensiteit van de depressie. Het nemen van rust is hier niet meer voldoende om de klachten te verhelpen.
Voorbeelden van mogelijke behandelingen zijn psychotherapie, elektroshocktherapie of medicatie.
De behandelingen kunnen dus heel divers zijn en ook afhangen van de vorm van depressie waar het om draait. Zo worden mensen met seizoensgebonden depressies wel eens geholpen met lichttherapie.
Ook in geval van een burn-out is er een ruim aanbod aan bijvoorbeeld coachende behandelvormen beschikbaar. Toch is, net als bij overspannenheid, rust nemen voornamelijk het credo. Als de klachten na zes weken niet verminderen, dan kan worden overgegaan op cognitieve gedragstherapie. Meestal krijgt iemand voor een burn-out, net als bij overspannenheid, geen medicatie voorgeschreven.
Opvallend is dat een depressie als enige van deze drie niet overgaat met alleen het nemen van veel rust. Bij overspannen zijn en een burn-out moet dit wel veel verlichting brengen. Mocht het voor de burn-out toch niet voldoende zijn om zich te ontdoen van de bron van de stress, en veel rust te nemen, dan wordt er alsnog vaak overgegaan op intensievere en meer professionele vormen van therapie.
Ook dit kan je zien als een indicator dat een burn-out en depressie qua soort klachten en de ernst en intensiteit hiervan, heel erg op elkaar lijken. Mocht iemand wel genezen door de rust, dan is de diagnose burn-out misschien te vroeg gesteld en was de persoon in kwestie ‘gelukkig’ nog in het stadium van overspannenheid [5] [6] [7].
Het staat als een paal boven water dat regelmatig bewegen belangrijk is. Voor mensen die last hebben van spanningsklachten of met een depressie kampen is dat niet anders [14].
Uit een meta-analyse met 14.170 deelnemers bleek dat krachttraining, wandelen of joggen en yoga effectieve vormen van lichaamsbeweging zijn bij het verminderen van depressie. Hoe intensiever de lichaamsbeweging hoe beter. Yoga en krachttraining werden het beste verdragen door deelnemers met een depressie. Naast antidepressiva en psychotherapie kunnen deze vormen goed gebruikt worden voor de behandeling van depressies [11].
Ook bestaan er vormen van runtherapie waarbij mensen met depressieklachten gaan hardlopen om mentaal herstel te bevorderen. Een onderzoek uitgevoerd op 141 deelnemers gaf één groep van 45 deelnemers, 16 weken lang een antidepressivum terwijl de andere groep van 96 deelnemers in deze periode deel moest nemen aan hardlooptherapie. De hardloopgroep moest elke week twee of drie hardloopsessies van 45 minuten voltooien [12].
Het eindresultaat wat betreft de verbetering van de depressie was aan het einde van de 16 weken vrijwel hetzelfde. 43,3 procent van de hardlopers en 44,8 procent van de medicatiegroep was in remissie. Als extra voordeel zag de hardloopgroep verbeteringen in de fysieke gezondheid, terwijl de antidepressivagroep dit niet ervoer en de gezondheid er zelfs op achteruitging [12].
Helaas hadden niet alle deelnemers zich aan het afgesproken trainingsregime gehouden en werd het bij de hardloopgroep door slechts 52,1 procent afgerond. Bij de medicatiegroep was dit 82,2 procent [12]. Meer onderzoek is dan ook nodig om deze theorie te ondersteunen aangezien de omvang van dit onderzoek nog te klein is om conclusies uit te trekken.
In andere onderzoeken naar het effect van bewegen op depressies kwam juist naar voren dat het effect van krachttraining beter was dan dat van cardio [8]. Het is echter nog niet helemaal duidelijk wat de effecten zijn in verschillende leeftijdsgroepen en wat de optimale trainingsparameters zijn. Hier is verder onderzoek nodig [13].
De positieve uitwerking van sporten in relatie tot stress- en depressieklachten onderbouwen met theorieën over de rol van de neurotransmitters endorfine en serotonine, lijkt achterhaald [9]. Een mogelijke andere onderbouwing voor het effect van bewegen in de vorm van sporten is dat we tijdens het trainen onbewust elementen tegenkomen die ook in therapie verwerkt zijn. Zo stel je jezelf een doel, lever je een prestatie en raak je je door de inspanning (opnieuw) bewust van je lichaam, geest en kracht op dat moment. Daarnaast kan sporten een vorm van afleiding bieden en bijdragen aan sociaal contact als je samen met anderen traint.
Iets dat we wel zeker weten is dat regelmatig bewegen in de buitenlucht, bijvoorbeeld door elke dag een half uur tot een uur te gaan wandelen, heel belangrijk is. Dat geldt voor alle mensen, maar zeker ook wanneer je last hebt van angst- of depressieklachten. Juist nu je er misschien helemaal geen zin in hebt, is het essentieel voor je herstel om dagelijks voldoende te blijven bewegen.
Lichaamsbeweging draagt er niet alleen aan bij dat we lichamelijk gezond blijven, het helpt ons om meer efficiënt met angsten en stress om te gaan. Het maakt ons mentaal weerbaarder. Daarnaast is regelmatig bewegen bevorderlijk voor een goede nachtrust, een ander belangrijke voorwaarde voor volledig herstel [10].
Iemand die overspannen is, of met een depressie/ burn-out kampt in je directe omgeving kan heel intens en heftig zijn. Niet op de laatste plaats omdat het je verdriet doet iemand van wie je houdt zo met zichzelf te zien worstelen. Daarnaast kan het zijn dat je het mist om samen tijd door te brengen en de dingen te doen die jullie deden voor alle klachten ontstonden. Bovendien kan de stemming van degene die het betreft nogal sfeerbepalend zijn.
Het is belangrijk om je altijd te blijven beseffen dat jij niet degene bent die verantwoordelijk is dat jouw vriend/vriendin/geliefde/gezinslid, geneest van zijn of haar depressie of overspannenheid. Natuurlijk wil je niets liever, maar jij kunt simpelweg de oplossing niet zijn. Als je erin gaat geloven dat dit wel zo is, of die verantwoordelijkheid voelt, ontstaat het gevaar dat jij jezelf uit het oog verliest. Daar schiet niemand iets mee op. Het zal de situatie niet beter maken als jij nu ook nog eens over je grenzen heen gaat.
Wat je wel kunt doen is het probleem bespreekbaar maken en laten merken dat je er bent voor deze persoon. Je kunt hem/haar helpen structuur in de dag te houden, en voorstellen om regelmatig samen iets (leuks) te ondernemen.
Beweging, gezonde voeding en een vast ritme met voldoende rust zijn belangrijk in genezende processen. Ook als deze mentale genezing betreffen. Iemand die overspannen of depressief is, kan de neiging hebben minder goed voor zichzelf te gaan zorgen. Probeer daarom bijvoorbeeld om samen zoveel mogelijk dingen als sporten, koken en/of wandelen te gaan doen.
Ervaar jij al langere tijd serieuze stress- en depressieklachten? Of geldt dit voor iemand uit jouw nabije omgeving? Dan is het altijd raadzaam dit met je huisarts, of in ieder geval met iemand die je vertrouwt, te bespreken in plaats van zelf voor dokter te spelen en/of te wachten tot het overgaat.
Het kan zijn dat een professionele vorm van therapie nodig is. Dat kan confronterend zijn, maar is nooit iets om je voor te schamen. Het gaat erom dat jij (of degene waar je van houdt) weer de gelukkige oude wordt. Het maakt niet uit wat daarvoor nodig is, je bent dit altijd waard.
Ook zonder dat hier direct iets serieus/ernstigs als overspannenheid of een depressie achter zit, kan je zo nu en dan last hebben van sombere gevoelens of stress. Hieronder geven we een aantal bewezen effectieve tips die je kunt inzetten op het moment dat jij even niet zo’n lekkere dag/week hebt maar jezelf wilt herpakken:
• Lichamelijke inspanning houdt je fit: als je na de training met benen als rietjes afdruipt naar de kleedkamer voelt het misschien niet levendig, maar als je helemaal tot het gaatje gegaan bent voel je eigenlijk juist dat je leeft! Besef dat je het gewoon wel weer geflikt hebt en wees daar trots op. Dit geeft de positieve energie die je nu nodig hebt! Als voorbeeld geven we nu een zware training, maar dit geldt net zo goed voor alle andere vormen van inspanning. Het belangrijkste is om ergens voor te kiezen dat jij leuk vindt om te doen.
• Eet gezond en voldoende: als je somber bent of stress hebt kan dit je eetlust flink bederven. Maar je gaat je er niet vrolijker door voelen als je jezelf ook nog eens uithongert. Daarbij doe je je lichaam er geen plezier mee. Probeer, hoe moeilijk het ook kan zijn, te blijven eten volgens je normale voedingspatroon. Eet gezond en gevarieerd op regelmatige tijden. Natuurlijk kan het ook de andere kant uitslaan en resulteert jouw rotgevoel in een onweerstaanbare neiging naar ongezond eten. Het is verleidelijk om jezelf op de bank te nestelen omringd door grote voorraden ijs/ pizza/de meest kazige spaghetti die er bestaat (of een combinatie hiervan), en een paar seizoenen aan Friends-afleveringen. Maar dit is niet iets waarmee je dingen oplost. De Friends-afleveringen zijn een goed idee. Het ongezonde eten biedt geen echte troost. Er bestaat een kans dat je je hierdoor nadien alleen nog maar ellendiger gaat voelen omdat je vindt dat je een verkeerde keuze gemaakt hebt. Daarbij heeft je lichaam allerlei voedingsstoffen nodig die het kan gaan missen als je langere tijd niet gezond eet.
• Doe iets rustgevends: probeer op onderzoek te gaan naar iets dat jou kan helpen meer rust te vinden en je stress en gedachten beter te managen. Denk aan vormen van meditatie, yoga of het (dagelijks) opschrijven van je gedachten. Ook kan je op zoek gaan naar een nieuwe interesse waar je misschien rustig van wordt of energie uithaalt zoals schilderen of planten kweken.
• Behoud structuur: als je gewoon een keer een enorme baaldag hebt is het geen ramp om de boel die dag de boel te laten en toe te geven aan je ellende. Als de misère langer aanhoudt is het heel belangrijk om ritme te houden en te doen wat je moet doen. Op het moment dat je verzaakt in je dagelijkse activiteiten, stopt met sporten en misschien zelfs helemaal minder goed voor jezelf gaat zorgen ga je je er niet beter en energieker op voelen. De kans dat je alleen maar meer het overzicht verliest is aanwezig, en dat wil je nu niet.
• Praat erover: het is vaak niet iets waarover je graag wilt praten, maar kan wel heel erg opluchten. Ten eerste is het voor de buitenwereld niet altijd duidelijk wat er met jou aan de hand is. Door dit uit te spreken voorkom je eventuele misverstanden en houd je je sociale relaties goed. Als het al even niet zo lekker gaat, en je vrienden gaan ook nog eens lopen zeiken over je gedrag, dan helpt dat niet mee. Praten helpt ook om uit je eigen hoofd te komen. Soms blijf je zelf hangen in een bepaald gedachtenpatroon, terwijl iemand anders (die dicht bij je staat) een hele heldere kijk op de zaak kan hebben waardoor jij ook verder komt.
Stress wordt schadelijk op het moment dat je deze niet meer onder controle hebt/aankunt. Als iemand het stadium van overspannenheid bereikt is dit een overduidelijk teken dat het genoeg geweest is. Het is verstandig om hiernaar te handelen door na te gaan wat de bron van de stress is, hiervan afstand te nemen en te bedenken hoe je het in de toekomst anders aan kunt pakken, en daarnaast zoveel mogelijk uit te rusten. Doe je dit niet, of te laat, dan is de kans aanwezig dat de overspannenheid overvloeit in een burn-out of depressie.
Ondanks het feit dat burn-out en depressie geclassificeerd worden als twee verschillende aandoeningen, is de overlap tussen beide zo groot dat het moeilijk is verschillen te ontdekken. Het grootste verschil lijkt zich te manifesteren in de oorzaak van de aandoening. Waar deze bij een depressie niet altijd duidelijk is, wordt een burn-out toegeschreven aan werkstress of soms aan een hoge prestatiedruk op een ander terrein die iemand zichzelf heeft opgelegd.
De behandeling van een burn-out kent meer overeenkomsten met die van overspannenheid dan met die van een depressie. Toch is het zo dat wanneer oplossingen als afstand doen van de bron van de stress en rust nemen in het geval van een burn-out geen effect hebben, er wordt overgegaan op meer intensieve vormen van behandeling die we ook terug zien komen tegen depressies.
Wij zijn hier niet om een mening te hebben over of het goed of niet goed is dat er onderscheid wordt gemaakt tussen depressie en een burn-out. Wat we wel graag willen meegeven is dat je de diagnose burn-out dus niet moet zien als minder ernstig, en absoluut net zo serieus moet nemen als een depressie. Wat we je ook nogmaals willen meegeven is dat je moet zorgen voor rust op het moment dat je aan jezelf, of iemand in je nabije omgeving merkt, dat je tegen het punt van overspannen aanhikt. Voorkomen is namelijk altijd beter dan genezen. Daarnaast kan (intensieve) lichamelijk beweging nooit kwaad en lijkt het zelfs net zo effectief te zijn als antidepressivum.
Kijk ook eens naar de tips die we in het artikel hebben gegeven. Deze kun je toepassen op het moment dat je even niet zo lekker in je vel zit. Let op: deze tips zijn niet voldoende om een serieuze depressie/ burn-out mee te bestrijden. Als dit punt al bereikt is, zal meer nodig zijn om te genezen.
Bij Changing Life geloven we sterk in balans. Balans tussen Body, Mind en Life. Voor meer informatie check je deze link.
1. Schmidt, A. Overspannen, depressief, burnout of chronisch vermoeid: een diagnostische grabbelton?. HUWE 44, 443–447 (2001). https://doi.org/10.1007/BF03082516https://link.springer.com/article/10.1007/BF03082516?shared-article-renderer
4. Bianchi R (2014), Truchot D, Laurent E, e.a. Is burnout solely job-related? A critical comment. Scandinavian Journal of Psychology. 55 (4): 357–361. https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/24749783/
5. Bianchi R (2016), Verkuilen J, Brisson e.a. Burnout and depression: Label-related stigma, help-seeking, and syndrome overlap. Psychiatry Res. 2016 Aug 8;245:91-98 https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/27529667/
6. Bianchi R (2020), Schonfeld IS, Verkuilen J. A five-sample confirmatory factor analytic study of burnout-depression overlap. J Clin Psychol. 2020 Jan 11 https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/31926025/
7. Schonfeld IS (2016), Bianchi R. Burnout and Depression: Two Entities or One? J Clin Psychol. 2016 Jan;72(1):22-37 https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/26451877/
8. Krogh J (2018), Hjorthøj C, Speyer H, Gluud C, Nordentoft M. Exercise for patients with major depression: a systematic review with meta-analysis and trial sequential analysis. https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/28928174/
9. Healy D (2015) Serotonin and depression. Marketing of a myth. BMJ 2015;350:h1771 https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/25900074/
10. Bailey, R., Hillman, C.H., Arent, S. & Petitpas, A. (2013). Physical activity: an underestimated investment in human capital?. Journal of physical activity and health 10 (pp. 289-308), 2013 https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/23620387/
11. Noetel, M., Sanders, T., Gallardo-Gómez, D., Taylor, P., Del Pozo Cruz, B., Van Den Hoek, D., Smith, J. J., Mahoney, J., Spathis, J., Moresi, M., Pagano, R., Pagano, L., Vasconcellos, R., Arnott, H., Varley, B., Parker, P., Biddle, S., & Lonsdale, C. (2024). Effect of exercise for depression: systematic review and network meta-analysis of randomised controlled trials. BMJ, e075847. https://doi.org/10.1136/bmj-2023-075847
12. Verhoeven, J. E., Han, L. K., Milligen, B. A. L., Hu, M. X., Révész, D., Hoogendoorn, A. W., Batelaan, N. M., Van Schaik, D. J., Van Balkom, A. J., Van Oppen, P., & Penninx, B. W. (2023). Antidepressants or running therapy: Comparing effects on mental and physical health in patients with depression and anxiety disorders. Journal Of Affective Disorders, 329, 19–29. https://doi.org/10.1016/j.jad.2023.02.064
13. Augustin, N., Bendau, A., Heuer, S., Kaminski, J., & Ströhle, A. (2023). Resistance training in depression. Deutsches Ärzteblatt International. https://doi.org/10.3238/arztebl.m2023.0196
14. Ross, R. E., VanDerwerker, C. J., Saladin, M. E., & Gregory, C. M. (2022). The role of exercise in the treatment of depression: biological underpinnings and clinical outcomes. Molecular Psychiatry, 28(1), 298–328. https://doi.org/10.1038/s41380-022-01819-w